rowyn

rowyn

woensdag 10 februari 2010

Genieten!

Ik kwam thuis na een ochtend cursus voorbereiding voor mijn werk. Op de deurmat lag een Hondenleven. Heerlijk, dacht ik, even met een kopje thee op de bank. De honden, en dan met name Rowyn, dachten daar anders over. Ik irriteerde me aan het geblaf en gekef, bedacht me dat als ik me al irriteerde, de buren dat misschien nog wel erger deden. En ergerde me ondertussen ook aan de sneeuw die weer was gevallen. Want door de sneeuw kan er weer vanalles niet, zoals fietsen met de honden en met de auto naar een fijne, maar in de sneeuw niet goed bereikbare, wandelplek. Ik bedacht me dat ik probeerde te genieten van de verhalen over andere honden, terwijl ik er zelf 3 heb waarvan er 1 gewoon druk en blij was, nadat hij een ochtendje in de bench had geslapen. Dat is toch ook zot. Ik legde de Hondenleven weg, deed Galen en Jazzy even in de bijkeuken, zodat ik met Rowyn kon spelen. Rowyn stond in de bijkeuken al naast me te springen, hij was wel in voor een spelletje! Hij hapte direkt in de rubberen kip, sjorren, dan weer happen, en liet meteen los toen ik hem dat vroeg. Ik ruilde de kip om voor een knuffel-rat. Gooide de rat weg en Rowyn kwam hem keurig brengen. Ongelofelijk eigenlijk, dacht ik. Nog maar 4 maanden en kijk eens wat hij al kan. Ik vroeg na de “los”een keer een “zit”of een “af”, voordat ik de kip weer weggooide. Hij haalt de commando’s nog wel eens door elkaar, maar wat maakt het uit. Spelenderwijs oefenden we ook nog een paar roll-overs. Met een brokje lukte het niet, maar met een speeltje ging het nu als vanzelf. Ik zag kleine zwarte guitige oogjes en een bekje wat na de los nog een beetje opgetrokken lipjes had, klaar om het speeltje weer vast te pakken. Tussen het beige puppy-pluis komt al oranje vacht en op de rug zit een waas van lange zwarte haren. Rowyn staat naast de tafel, hij moet nu al kruipen om er onderdoor te komen. Wat is hij gegroeid! De dikke puppy-pootjes verraden dat hij nog een stuk groter zal worden. Ik gooi de kip weg, Rowyn rent er achter aan, gooit ‘em een paar keer in de lucht en voor zich uit, voordat hij hem naar mij brengt en me vragend aan kijkt: “gooi je hem nog een keer weg, alsjeblieft?” Voor dat ik kan reageren gaat Rowyn af “nu misschien?” Hier kan geen verhaal uit de Hondenleven tegen op. Ik geniet van dit kleine mannetje, met volle teugen, want voor je het weet is hij groot!